31 januari 2025

Anya Janssen - Sham rage 5

De fysiotherapeut in het ziekenhuis wijst me op Window of Tolerance (WOT). Eind januari start een ontspanningstraining en het lijkt haar echt iets voor mij. Acht jaar terug zat ik in een soortgelijk klasje, me hoogst ongelukkig te voelen. Daarom krijg ik het theorieboek mee naar huis met opdrachten zodat ik er zelf mee aan de slag kan. Eén hoofdstuk per week, 6 weken lang.

De werkwijze is bedacht door Dan Siegel in 1999 en komt oorspronkelijk uit de traumatherapie. Zit je in jouw WOT dan zit je lekker in je vel. Dan heb je voldoende energie en ben je ontspannen. Dan ben je in staat om helder na te denken, flexibel te reageren op situaties, en op een gezonde manier om te gaan met emoties. 

Deze training wordt in het ziekenhuis gegeven omdat de ervaring is dat veel mensen met ziekte en pijn stress ervaren. Deze methode kan helpen bij het vinden en vasthouden van een stabiel midden.

Arousal is het niveau van activatie in je zenuwstelsel. Bij een hyper-arousal is er veel activiteit, veel stress, veel prikkels en emoties. Bij een hypo-arousal is er weinig activiteit. Je sluit je af en trekt je terug. In het theorieboek staat: Je hebt het sympathische zenuwstelsel, dat verantwoordelijk is voor actie. Het gaspedaal van het zenuwstelsel. Het parasympatische zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de rust en het herstel, oftewel de rem van je zenuwstelsel. Als je in de WOT bent, dan werken de gaspedaal en de rem goed samen. Je hebt de touwtjes in handen en kunt alle emoties ervaren. Je neemt rust als je dat nodig hebt en je komt in actie als je dat wilt. 

Als ik heel moe ben haal ik gas- en rempedaal door elkaar. Zo reed ik bijna een keer een schutting plat, een sloot in en reed ik weg met de handrem er nog op. 

In mijn leven heb ik regelmatig in een hypo-arousal gezeten. Maar deze maanden schiet ik regelmatig richting de hyper-variant, door het plafond. Ik zit scheldend achter het stuur. De wereld vergaat bij iedere kleine tegenslag. Keuzes maken is een kleine hel.

Zo had ik vorige week woensdag het plan om naar een museum te gaan. Een tentoonstelling daar was nog te zien tot 2 februari dus ik had nog maar heel even om deze te bezoeken. Mijn weken zijn momenteel gevuld met fysiotherapie, sociale afspraken en vrijwilligerswerk. En tussendoor hoognodige pyjamadagen. Maar die woensdagochtend hoefde ik alleen maar even voor controle naar de internist, dus ik kon gelijk daarna door naar het museum. Het plan was er, de details bedacht ik de nacht ervoor in bed. 

Ga ik met de auto of met de trein. Met de auto of de trein. Auto of trein. Met de auto ben ik minder afhankelijk. Maar wat als ik te moe ben op de terugweg. Maar ik wil weer wat langere afstanden kunnen afleggen, mijn grenzen oprekken. Wat als die grenzen alleen in mijn hoofd bestaan. Wel lekker met de auto. Maar als ik nou te moe ben. Ik ben al moe als ik terugkom van het vrijwilligerswerk in mijn eigen woonplaats. Als ik met de trein ga. Ga ik dan met de bus naar het station of met de fiets. Bus of fiets. Ik fiets nog niet zoveel. Fietsen kost nog best wat energie. Wel een goede oefening. En het maakt me minder afhankelijk. Het regent wel. Of zal ik toch met de auto gaan. Ik kan het museum ook volgende week doen, en gaan wandelen.

Anya Janssen - Sham rage 7

Dit gaat urenlang door. Als bladeren die door een plotseling opstekende wind in een cirkel worden voortgestuwd. Omdat ik die nacht maar rondjes blijf rennen in mijn hoofd slaap ik zo slecht dat ik besluit niet te gaan.

In het kader van de WOT-training hou ik een week lang mijn triggers bij. Waardoor schiet ik omhoog of omlaag. En wat heb ik nodig om weer in de WOT te belanden. Het zijn vaak kleine dingen. Een kop thee, lezen, legpuzzelen. Slapen. Het is goed om af en toe met een afstand naar je leven te (laten) kijken. Je blik wordt er scherper van. De zorgverleners geven me aanvullende adviezen. Iedere dag 5-10 minuten een rondje door de buurt lopen. 's Avonds ontprikkelen, dus geen tv, geen telefoon, enkel rust. Op vaste tijden opstaan, op vaste tijden naar bed. Vroeger dan ik nu meestal doe.

Het zijn goedbedoelde adviezen. Maar ik schiet ervan in de weerstand. Mijn leven ligt onder een vergrootglas. Zodra ik iets vertel komt men met 10 kilo oplossingen. Over hoe ik mijn leven beter zou kunnen leven. Ik voel me klein. Betrapt. Natuurlijk kunnen dingen beter. Maar heb ik nog te willen dat die dingen ook bij mij passen? Het voelt alsof ik daar minder over te zeggen heb nu ik mijn lichaam als het ware heb overgeleverd aan de gezondheidszorg.

Anya Janssen - In between worlds 8

Deze week gaat het in het theorieboek over hulpbronnen. Ze geven voorbeelden van zintuigelijke hulpbronnen. Zoals muziek, de geur van verse appeltaart, het gevoel van de zon op je gezicht, bepaalde kleuren en smaken. Waarbij ik leer dat comfortfood wat anders is dan troosteten. Want dat is om emotie te vermijden.

Op een website over WOT staat dat je bij een hyper-arousal zou moeten mediteren, een wandeling maken of een warm bad nemen. En als je je terugtrekt in een hypo-arousal zou je moeten bewegen, dansen, leuke dingen doen met anderen.

Zoals ze zeggen als je in een depressie zit: ga sporten. Ga dingen doen waar je blij van wordt. Spreek af met je vrienden. Leuk bedacht. Maar in de praktijk vaak onuitvoerbaar omdat die werelden mijlenver van elkaar verwijderd zijn. 

In het theorieboek van het ziekenhuis staan tegenovergestelde hulpbronnen. En er staat ook dat iedere fase zijn eigen hulpbronnen heeft. Zit ik in een hyper-arousal, dan kan ik wel tien potten thee drinken maar daar word ik echt niet rustiger van. Integendeel, eerder een opstandige puber. Dus dan maar beter schoonmaken, een kast ordenen, meezingen met afreageermuziek, wachten tot het overgaat. En bijvoorbeeld slapen, huilen, tv kijken als je in de diepte van een hypo-arousal zit. Niet bevechten maar berusten. Dat past veel beter bij me. Dus de volgende keer dat een zorgverlener me weer vertelt hoe ik zou moeten leven volgens de informatie uit de studieboeken die ze nog maar net hebben dichtgeslagen, sla ik ze met mijn theorieboek om de oren.